Voor publicatie op immaterieelerfgoed.be moet een inzending voldoen aan de volgende voorwaarden:
Voldoen aan de definitie van immaterieel erfgoed
- Immaterieel erfgoed bestaat in verschillende vormen.
Het kan van alles zijn. Daarom wordt het vaak in deelverzamelingen of domeinen verdeeld. Praktijken kunnen met vertellen en taalgebruik te maken hebben, thuishoren in muziek en podiumkunsten, rituelen, feesten of gebruiken zijn, onder sport en spel vallen, bij natuur en landbouw horen, iets te maken hebben met eten en drinken, of een ambacht, vakmanschap of techniek zijn. Of geen van dat alles. Of van alles iets. - Immaterieel-erfgoedpraktijken zijn niet tastbaar.
Ze zitten in de hoofden en handen van mensen. Je groeit er vanzelf mee op of je kiest er op een gegeven moment bewust voor. Vaak vergt het oefening en vooral veel doen. Andere bekende erfgoedvormen zijn roerend en onroerend erfgoed. - Immaterieel erfgoed leeft.
Wanneer het niet meer beoefend wordt, is het geen immaterieel erfgoed, maar wel geschiedenis.
Immaterieel erfgoed evolueert.
Het mag en moet zich verder kunnen ontwikkelen om te blijven bestaan. Tijden veranderen, mensen ook. Praktijken veranderen mee. - Je doet het niet alleen.
Of je in een vereniging zit of alleen werkt, immaterieel erfgoed leeft eigenlijk in een groep. In erfgoedtermen heet dat een 'erfgoedgemeenschap'. De erfgoedparticipanten in een erfgoedgemeenschap zijn de mensen die de erfgoedpraktijk een warm hart toedragen, eraan meedoen of van aan de zijlijn supporteren. - Immaterieel erfgoed wordt doorgegeven.
Je geeft het door aan anderen. Aan ouderen of jongeren, lokale mensen of buitenstaanders. Omdat je het met z’n allen belangrijk vindt, ook voor de toekomst.
Voldoen aan een aantal vormvereisten
- Je respecteert de regels van het platform immaterieelerfgoed.be. De informatie voldoet aan onze gebruiksvoorwaarden en het privacybeleid.
- Jouw immaterieel-erfgoedpraktijk wordt beoefend in Vlaanderen of Brussel.
- In jouw inzending staat de beschrijving van de erfgoedpraktijk zelf centraal (wat is het?). Daarbij hoort ook soms het voorbereidingsproces of de nazorg. Meer info over wat je best in je beschrijving vermeldt, vind je hier.
- De geschiedenis van de praktijk mag aan bod komen, maar focus vooral op hoe de praktijk er vandaag uitziet.
- De stijl waarin je schrijft, kies je zelf: ik- of wij-vorm, of een meer neutrale stijl.
Tips
- Publiceerde iemand anders al een gelijkaardige praktijk op de website? Geen nood: zolang er voldoende verschil in de beschrijving zit, mogen verschillende versies van een praktijk op de website.
- Houd steeds in gedachten dat je schrijft voor mensen voor wie jouw immaterieel erfgoed helemaal nieuw is.
- Voeg bij jouw afbeelding een korte beschrijving toe van wat er op de afbeelding te zien is en vermeld de copyrightinformatie: © fotograaf of eigenaar van het beeld.
- Wees zuinig met woorden als ‘uniek’ en ‘authentiek’.
Gerelateerde vragen: